Indrukwekkende dodenherdenking in Rijswijk

“De Tweede Wereldoorlog was een zwarte bladzijde in onze geschiedenis, dat mag nooit meer gebeuren. Nu er steeds minder overlevenden zijn, die ons daaraan herinneren, is het belangrijk dat de volgende generatie de herinnering levend houdt en de vrijheid doorgeeft”, sprak burgemeester Michel Bezuijen op 4 mei tijdens de herdenkingsdienst in de Oude Kerk. Jongeren hadden dit jaar een belangrijke bijdrage. In de kerk, maar ook bij het bloemenleggen. Voorafgaand aan de herdenkingsbijeenkomst in de kerk was er een korte herdenking bij de Begraafplaats Oud-Rijswijk. In de Oude Kerk vertelde Jacco van der Burg het levensverhaal van zijn onlangs overleden grootvader Albert van der Burg, oorlogsveteraan uit de Tweede Wereldoorlog. Zijn opa vertelde afgelopen jaren altijd zijn verhaal op 4 mei, maar hij is afgelopen jaar overleden. Kleinzoon Jacco verhaalde van zijn opa die als 21 jarige soldaat op 10 mei 1940 naar Ypenburg werd gestuurd om dat te helpen heroveren op de Duitsers. Met veel minder manschappen en slechter materieel lukt het een overmacht een Duitsers gevangen te nemen. Dit succes gaf een belangrijke wending aan het verloop van de oorlog, omdat het de Duitsers nu niet lukte om in den Haag Koningin Wilhelmina gevangen te nemen. Die kon nu naar Engeland uitwijken met de regering.
Nina Nieuwpoort, die les heeft bij Trias, zong en begeleidde zichzelf op de gitaar met het nummer van Claudia de Breij ‘Als het einde komt en ik alleen ben, mag ik dan bij jou.’ Vervolgens droegen Danique Gouka en Charlot van den Berg, leerlingen van de Godfried Bomans, hun zelf gemaakt gedichten voor. Tijdens de bijeenkomst speelde het Tollens Ensemble werk van onder meer Grieg.

Vanuit kerk ging het in een stoet naar Park Hofrust . De herdenking werd traditiegetrouw afgesloten bij het “Monument voor de gevallenen” met de kranslegging en twee minuten stilte om 20.00 uur, gevolgd het Wilhelmus door Streetband Reflection. Burgemeester Michel Bezuijen sprak de aanwezigen toe: “We herdenken vandaag alle burgers en militairen die zijn omgekomen in de Tweede Wereldoorlog en bij oorlogs- en vredesoperaties.” Aansluitend kon iedereen een bloemen neerleggen bij het monument.